Waar moet ik op letten bij het vergelijken van offertes?
Bij het vergelijken van offertes en verschilllende partijen in de tweede (collectief) en derde pijler (individueel) moet je op de volgende punten letten:
1. Kostentransparantie & tariefstructuur
Premiekosten: leeftijdsafhankelijke staffel (2e pijler) versus vlakke bijdrage of netto-inhouding (3e pijler).
Beheerkosten: jaarlijkse fee over het beheerd vermogen. Vergelijk % AuM-kosten en vaste p.p.-kosten.Eventuele instap-, exit- of advieskosten: zitten die verwerkt of komen ze er bovenop?
2. Fiscale behandeling
Collectief: premie-inleg is brutoloon, pensioenuitkering belast als inkomen.
Individueel: individueel netto-inhouding via lijfrente is aftrekbaar binnen jaarruimte/reserveringsruimte; vermogen valt niet in Box 3 tijdens opbouw; uitkering later (vaak lager tarief).
3. Risicodeling en garanties
Collectief: rendement- en langlevenrisico gedeeld; vaak toeslag- en garantiemogelijkheden.
Individueel: deelnemer draagt alle risico’s zelf; geen garanties, maar wél volledige portabiliteit.
4. Flexibiliteit en keuzevrijheid
Collectief: vaste contractvoorwaarden, vaak instemmingsverplichting van alle deelnemers bij wijzigingen.
Individueel: je kiest wie meedoet, hoeveel en wanneer; in- en uitstappen gaat per contract.
5. Administratie- en implementatielast
Collectief: vaak complexe fondsrapportages, DNB/AFM-verplichtingen en bestuursstructuren.
Individueel: eenvoudig via payroll (netto-inhouding of vergoeding), zonder extra rapportages of deelnemersraden.
6. Communicatie en betrokkenheid
Collectief: UPO’s en scenario-rapportages via fonds/uitvoerder; minder ruimte voor maatwerk.
Individueel: persoonlijke dashboards, onboarding-kits en heldere keuzebegeleiding voor iedere deelnemer.
7. Meeneembaarheid en continuïteit
Collectief: opgebouwde rechten binnen fonds en blijven daar als de werknemer weggaat, overstap moeilijk (alle deelnemers moeten akkoord).
Individueel: contract overdraagbaar bij baanwissel of nieuwe aanbieder; persoonlijke potjes “gaan mee.”